Geschiedenis Eerebegraafplaats
Kort na de bevrijding in mei 1945 werd in de Kennemer Duinen en in het belendende Kraansvlak bij Bloemendaal een aanvang gemaakt met het opgraven van de lichamen van enige honderden verzetsdeelnemers die in dit duingebied door de Duitsers waren begraven. Veelal waren zij ook op de vindplaats door de Duitsers gefusilleerd. De meesten van hen vonden in de laatste maanden voor de bevrijding de dood. In het duingebied zijn in totaal 422 lichamen gevonden. Van de zijde van veel nabestaanden kwam de wens naar voren 'dat deze slachtoffers der Duitschers een gemeenschappelijke rustplaats toekwam en wel in de nabijheid van de plaats waar zij hun grootste offer brachten'. Hierdoor ontstond de gedachte van de huidige Eerebegraafplaats. Voor het inrichten van een begraafplaats werd een duinterrein van ongeveer 6 ha langs de Bloemendaalseweg ter beschikking gesteld door de erven Van der Vliet, de eigenaars van het duingebied waar de meeste slachtoffers waren gevonden.
De eerste herbegrafenis vond plaats op 27 november 1945. In aanwezigheid van de koninklijke familie vond de enige vrouw, Hannie Schaft, in dezelfde duinen waar ze in april 1945 was gefusilleerd, haar laatste rustplaats.
Op 9 december 1955 vond de laatste herbegrafenis plaats. Niet alle gevonden stoffelijke resten liggen begraven op de Eerebegraafplaats. Sommige slachtoffers zijn op verzoek van familieleden begraven in de gemeente van herkomst of bijgezet in een familiegraf. Ook zijn slachtoffers, waarvan de lichamen elders in het land zijn gevonden, op de Eerebegraafplaats begraven. Op de Eerebegraafplaats liggen 372 personen begraven. Van één slachtoffer heeft men de identiteit niet kunnen vaststellen.
Eén grafsteen draagt de tekst: "Ter herinnering aan de vrienden van het verzet die na hun strijd voor de vrijheid niet gevonden zijn of die elders rusten". Onder deze steen ligt geen stoffelijk overschot.
foto 1: Overzicht van de begraafplaats.